Notropis chrosomus, Regenboog Elrits

Uitverkocht
€ 3,00

De blikvanger van ons aanbod.
De prachtige Regenboogelrits is een aanwinst voor elke vijver.

 

Levering van vissen gebeurt enkel in eigen beheer en dit op vastgelegde dagen, tijdens een leveringsronde.

Bij het afronden van de bestelling kunt u dan de optie "Verzendronde*datum*" selecteren.

 

Nakweek 2022 beschikbaar, +-4cm

Prijzen zijn steeds per stuk, volgens het totaal aantal die u wenst.

Voor grotere aantallen, gelieve ons te contacteren.

Benamingen:

Wetenschappelijke benaming:  Notropis chrosomus

Algemene benamingen:  Regenboog elrits, Regenboog winde, Rainbow shiner

 

Origine:

Alabama, Georgia U.S.A.

N.A.N.F.A. map

IUCN lijst

 

Fysiologie:

Man: Lengte: 5-6cm max. mits winterrust tijdens de eerste winter.

          Slank, torpedovormig lichaam, geen zichtbare buikpartij in bovenaanzicht.

          Blauw iriserende kleur op de kop, lichaam en gepaarde vinnen die enkel bij grote koude of stress wegvallen.

          Lichaam wordt fel oranje tot diep rood tijdens de baltsperiode.

 

Vrouw: Lengte: 6-8(10)cm max, na het 2de levensjaar en mits winterrust.

             Slank torpedovormig lichaam echter is hier wel veelal een buik zichbaar bij bovenaanzicht.

             Veelal weinig tot geen blauwe kleuring, echter zijn er uitzonderingen mogelijk.

             Kleuring tijdens balts is vaak minder dan de mannen maar ook hier zijn uitzondering op.

Levensverwachting: In de vijver: 5-6 jaar

                                    In een aquarium (+20°c): 2-3 jaar

Huisvesting:

Notropis chrosomus zijn rheofiele vissen, wat wil zeggen dat ze zuurstofminnend zijn.
Hierdoor hebben ze een grote nood aan zuurstofrijk water, hun kieuwen zijn niet voorzien op een lage toevoer van zuurstof.

Snelstromend water kan hierin voorzien maar is geen absolute vereiste.
Het zijn echte schoolvisjes, 10 stuks is dan ook het absolute minimum, indien geen andere elritsen gehouden worden. Mits goede filtratie is een stockdichtheid van 1 vis op 5 liter geen enkel probleem.

De regenboog elrits heeft geen specifieke eisen aan inrichting of beplanting en voelt zich overal thuis.
Een ondiep gedeelte wordt wel geapprecieerd.

Waterwaarden:

Temperatuur: 0-35°C

Ph.: 5-9 

Kh: 3-20°dh

Gh: 5-20°dh

NHX, NO2: Nihil

NO3: < 20 mg/l

PO4: < 2 mg/l

Geleidbaarheid: 200-1500µs

De extremen worden niet gedurende lange periode getolereerd.

Voeding:

Elritsen zijn rasechte carnivoren.
In de natuur eten ze alles wat ze tegenkomen.
Allerhande muggelarven, waterkreeftjes en andere insecten maar ook andere kleine visjes (al dan niet dezelfde soort)

Eten doen ze zolang de watertemperatuur hoger is dan 10°c

Vanaf 18°c kunnen ze proteïne rijk voedsel aan. In het voorjaar en tijdens de baltsperiode is het dan ook aangeraden om wat bij te voeren.

Voortplanting:

In tegenstelling tot wat vaak beweerd wordt, hebben regenboog elritsen geen koudeperiode nodig om zich voort te planten. Echter is de hoeveelheid kuit dan niet optimaal.
1 volgroeid vrouwtje kan wel 300 eitjes per balts lossen en dit, zolang de watertemperatuur hoger is dan 18°c, wel elke 7 tot 14 dagen.

Vrouwtjes die klaar zijn om kuit te schieten lossen feromonen in het water, wat de mannetjes triggert om boven een kiezelhoop (2-5cm kiezels) te gaan baltsen.
In de natuur wordt deze gemaakt door de zogenaamde stonerollers, een vis die deze kiezelburchten maakt om potentiele partners te imponeren.
In de vijver kunnen die zowel een permanent geheel van de vijver zijn, zoals een lava(moeras)filter of een kiezelbank maar ook tijdelijk voorzien worden d.m.v. een bakje met kiezels.
Vrouwen die geen geschikte afzetplaats vinden kunnen sterven aan legnood.
Het is dan ook belangrijk van deze steeds te voorzien, ook al hebt u geen intentie om te kweken.
De vrouwen hebben een afkeur voor egaal zwarte kiezels.

Balts duurt veelal 1 dag (veelal enkel overdag) maar kan uitlopen tot enkele dagen.

Eitjes komen, al naar gelang de temperatuur, binnen 36 tot 72u uit.
De larven blijven de eerste 5 dagen (ook weer temperatuursafhankelijk) op de bodem, nadien gaan ze beetje bij beetje vrijzwemmen.
Voeren kan vanaf dag 3 van uitkomen (als de dooier volledig verdwenen is) met infuus of microwormen.
Vanaf vrijzwemmen worden artemia naupilli vlot aangenomen.
Eens de jongen +1cm zijn kan begonnen worden met stofvoer en klein diepvriesvoer (bvb bosmina en nadien cyclops).
Veelvuldige voederbeurten per dag en proper water  zullen de jongen binnen de 6 maand tot subadult laten opgroeien.

Rating: 2.7884615384615 sterren
52 stemmen